Hoe heb je dit
werk gemaakt?
DOKE MELMAN: Het schilderij is gemaakt met olieverf en met opgespannen
linnen als ondergrond.
Het doek prepareer ik zelf. Mijn ervaring is dat zelf geprepareerd linnen minder glad is en de verf meer naar binnen kan dringen. Dat vind ik prettig. De structuur van het linnen blijft ook meer bewaard.
Ik houd van olieverf om zijn smeuïgheid. De kleuren laten zich goed mengen. Olieverf droogt langzaam waardoor ik de kleurvlakken op de scheidslijn met elkaar kan vermengen. Zo worden de contouren van de vorm zacht en toch duidelijk.
Eerst maak ik een schets met houtskool. Daarna werk ik in lagen. Het wachten tot de verf droog is, vind ik geen bezwaar omdat ik aan meerdere doeken tegelijk werk. Ik gebruik de wat stugge varkensharen kwasten, om tè fijn en tè glad werken te voorkomen.
Het doek prepareer ik zelf. Mijn ervaring is dat zelf geprepareerd linnen minder glad is en de verf meer naar binnen kan dringen. Dat vind ik prettig. De structuur van het linnen blijft ook meer bewaard.
Ik houd van olieverf om zijn smeuïgheid. De kleuren laten zich goed mengen. Olieverf droogt langzaam waardoor ik de kleurvlakken op de scheidslijn met elkaar kan vermengen. Zo worden de contouren van de vorm zacht en toch duidelijk.
Eerst maak ik een schets met houtskool. Daarna werk ik in lagen. Het wachten tot de verf droog is, vind ik geen bezwaar omdat ik aan meerdere doeken tegelijk werk. Ik gebruik de wat stugge varkensharen kwasten, om tè fijn en tè glad werken te voorkomen.
Waarom heb je dit
werk gemaakt?
DOKE MELMAN: De werken die ik maak, zie ik als hoofdstukken in een verhaal dat ik in de loop der jaren aan het vertellen ben. Grote en kleine werken wisselen elkaar af. Aardewerk zoals schalen en kopjes kies ik vaak als onderwerp omdat ze zo basaal zijn. De eenvoudige vormen en decoraties bestaan sinds de oorsprong van onze beschaving. Ook dit vaasje, met zijn ingekerfde strepen, gaat door op deze traditie, waar iedere tijd toch weer zijn stempel op drukt.
Het vaasje kocht
ik op een oude spullenmarkt. Aan de onderkant staat heel vaag de naam van de
maker: Jaap Ravelli (1916-2011). In de jaren na de oorlog zette hij samen met
zijn broer een bedrijf op voor het maken en verkopen van keramische voorwerpen.
Zijn asbakken en sigarettenhouders, schalen en pindabakjes voldeden aan de
vraag ongetwijfeld te maken had met de toenemende welvaart en belangstelling
voor kwaliteit. Het vaasje is met de hand gemaakt en zowel de vorm als de
decoratie vertoont onregelmatigheid. De klei is grof en het voorwerp is voor
zijn grootte zwaar. Het vaasje is voor mij denk ik, aantrekkelijk, omdat het me
doet denken aan mijn vroege jeugd. Het heeft iets degelijks en chics
tegelijkertijd, iets tuttigs en iets frivools. ( in die tijd werden ook de
songfestivalliedjes zo gezongen).DOKE MELMAN: De werken die ik maak, zie ik als hoofdstukken in een verhaal dat ik in de loop der jaren aan het vertellen ben. Grote en kleine werken wisselen elkaar af. Aardewerk zoals schalen en kopjes kies ik vaak als onderwerp omdat ze zo basaal zijn. De eenvoudige vormen en decoraties bestaan sinds de oorsprong van onze beschaving. Ook dit vaasje, met zijn ingekerfde strepen, gaat door op deze traditie, waar iedere tijd toch weer zijn stempel op drukt.
Voor het schilderij heb ik het vaasje zo neergezet dat de afwijkingen in de
vorm goed opvallen. Het formaat is iets groter dan de werkelijkheid. Het is een
uitdaging om de onregelmatigheid van vorm en de ingekerfde en geglazuurde
strepen in het schilderij overtuigend te laten zien, zonder in perfectionisme
te vervallen. De oorspronkelijk spontaniteit van de keramist wordt met aandacht
‘overgedaan’.